Ten noordwesten van het meer van Bohinj (Wocheiner See), van Bogatin tot Kanjavec, strekt zich een weids en gevarieerd berglandschap uit, gekenmerkt door groene alpenweiden en stille meertjes, maar ook door door storm gebogen lariksen en steile, kale rotswanden. Vele eeuwen geleden, toen de inwoners van de Wochein en Trenta hun akkers bebouwden, op de bergweiden voor hun vee zorgden en in de mijnen het felbegeerde ijzererts ontgonnen, ontstond in dit berglandschap het koninkrijk van wonderen en legenden: daar boven woonden de witte vrouwen (Rojenice), die voor een kudde witte gemzen zorgen. Hun leider Zlatorog droeg gouden hoorns. Als hij gewond raakte en zijn bloed op de grond druppelde, bloeide de rode Triglav-roos (Dolomieten wateraardbei) eruit; als Zlatorog het at, werd hij onmiddellijk genezen. De Dolina Triglavskih jezer (7 Meren Vallei) is waarschijnlijk het bekendste gebied in het Triglav-gebied. Het werd in 1924 uitgeroepen tot "alpennatuurreservaat" en in 1961 tot kerngebied van het Triglav Nationaal Park. De hoge alpenweide Velo polje, vroeger ook Grossfeld genoemd, is een landschapsjuweel in een grote karstvlakte, waarvan de weidegebieden al eeuwenlang voor de alpenlandbouw worden gebruikt. Het feit dat in dit gebied meerdere bronnen ontspringen, hun water als een smal stroompje door de weidebodem stroomt en plotseling weer wegsijpelt, is slechts een van de bijzondere kenmerken van Velo polje. Tegenwoordig wordt er melk en kaas aan toeristen verkocht. Tot het einde van de 19e eeuw was Velo polje het startpunt van de meeste Triglav-beklimmingen.

Onderweg kom je langs verschillende hutten om te overnachten of iets te nuttigen:

- Planinska koca na Voja (689 meter)

Wandelen in deze regio: